donderdag 28 februari 2019 / De Financiële Telegraaf / Amaury Miller / DFT duurzaamheid Ondernemen sociaal ondernemen social entreprise sociale werkplaats Telegraaf textiel

Print / OP DE WERKVLOER

Verven met wortels en roest

AMSTERDAM - Bij binnenkomst in het Boro*Atelier - in het gebouw van een creatieve broedplaats in Amsterdam-West - valt meteen de relaxte sfeer op. Er klinkt zachtjes Arabische muziek op de achtergrond terwijl her en der in het voormalige klaslokaal mensen in de weer zijn achter een naaimachine of met stof en een schaar.

Als oprichtster Lotje Terra gaat zitten, vraagt ze of er een ander muziekje op kan worden gezet. "Iedereen mag een uur per dag bepalen naar welke muziek er wordt geluisterd", lacht ze. "Zo blijft iedereen tevreden."

 

Naast Terra, mede-oprichtster Celia Geraedts en enkele docenten en vaste medewerkers bestaat 'iedereen' elk half jaar uit twintig nieuwe deelnemers aan het sociale opleidingstraject van het atelier. Langdurig werkzoekenden en statushouders worden hier wegwijs gemaakt op het gebied van duurzame textielproductie met als doel ze op weg te helpen naar een betaalde baan.


Het Boro*Atelier is het eerste natuurlijke verfatelier van West-Europa waar textiel op grote schaal wordt geverfd, genaaid en bedrukt. Terra: "Dat doen we in opdracht van klanten als Levi's made & crafted en Kings of Indigo, in oplagen van minimaal honderdvijftig stuks, en voor onze eigen natuurlijke babytextiellijn Boro*Mini dat onder meer bestaat uit dekentjes en hydrofiele doeken."


Het idee voor Boro*Mini en het Boro*Atelier ontstond tijdens de kraamperiode van Terra's nu 4-jarige dochter. "Mijn kraamverzorgster zamelde babyproducten in voor jonge ouders die dat zelf niet konden betalen en vertelde me hoeveel 'stille armoede' er is in Nederland. Het viel me in diezelfde periode op dat er zo weinig leuk natuurlijk en duurzaam babytextiel te vinden was en ik besloot dat gemis te combineren met het creëren van werkgelegenheid en zo de armoede op een constructieve manier te bestrijden."


Terra benaderde Geraedts, die jarenlang in de denimindustrie werkte, en samen besloten ze het avontuur aan te gaan. In hun atelier, dat ze met behulp van een subsidie van het stadsdeel Amsterdam-West konden opzetten, werken ze met handmatige ambachtelijke verfprocessen. "We gebruiken de Indigofera-plant voor blauwtinten, de meekrapwortel voor roze tinten en roest voor grijstinten", vertelt Terra. "Alles wordt hier ter plekke verwerkt waardoor het soms bijna meer op een laboratorium lijkt dan op een kledingatelier", lacht ze.


De deelnemers aan het opleidingstraject leren 'drie ambachten: natuurlijk verven, naaien en zeefdrukken. Ze bouwen een portfolio op dat ze kunnen gebruiken bij het zoeken naar een vaste baan. Hoeveel deelnemers het inmiddels gelukt is om zo'n baan te vinden, is Terra momenteel aan het inventariseren. "Zelf hebben we in ieder geval drie oud-deelnemers in dienst; twee werken nu als docent en één heeft een administratieve functie."


Maar het gaat niet alleen om een duwtje in de rug richting een vaste baan. "Het allerbelangrijkste vinden we het bieden van een veilige omgeving. Iedereen moet zich hier op zijn gemak voelen; ook door kleine dingen, zoals onze afspraak over het wisselen van de muziek. Veel deelnemers hebben een ellendige tijd achter de rug. We hopen dat ze hier ontdooien en opbloeien en daardoor groeien op elk gebied, niet alleen op de arbeidsmarkt."